Denk je dat hoogbegaafden alleen maar goede cijfers halen? Think again! Waarom hoogbegaafden het niet altijd goed doen op school? Er zijn meerdere belangrijke redenen waarom hoogbegaafde kinderen vaak gaan onderpresteren:
- Te lang te makkelijke stof (verveling). Je kind leert niet leren, raakt gedemotiveerd en verliest zijn natuurlijke leergierigheid.
- Geen (h)erkenning van hun hoogbegaafdheid: Ze voelen zich “anders” en trekken zich terug of gaan zich aanpassen om maar gewoon te lijken.

- Angst om fouten te maken (faalangst/perfectionisme). Gaat uitdaging uit de weg.
- Gebrek aan autonomie: je kind heeft behoefte aan keuzevrijheid en zelfsturing. Te veel structuur of klassikale uitleg frustreert.
- Mismatch met de leerstijl op school. Je kind denkt vaak associatief, creatief en snel. Klassikale instructie voelt als ‘wachten tot de rest bij is’.
- Sociale eenzaamheid: Geen ontwikkelingsgelijken betekent geen echt contact. Dat beïnvloedt motivatie en welzijn.
- Te weinig betekenisvolle uitdaging. Compacten zonder verdiepen is als de kaft zonder het boek. Betekenis is nodig.
- Negatief zelfbeeld of impostersyndroom: door jarenlang aangepast gedrag en een gebrek aan uitdaging twijfelen ze aan hun eigen kunnen. (Herken je dit zelf ook?)
- Sensorische overprikkeling of hoogsensitiviteit. Drukke klassen, harde geluiden, emotionele sferen… het vreet energie en ondermijnt focus. En te weinig uitdaging = veel sneller overprikkelt (zie mijn praatplaat ‘overprikkeling’)
Hoe los je dit onderpresteren nou op? Hiermee help ik je met mijn gids: “Een vermoedelijk hoogbegaafd kind, wat nu?”
